Als gedurfd ondernemer, humanist en fervent Europeaan was Émile Bernheim een van die visionaire bedrijfsleiders die overtuigd was van zijn sociale verantwoordelijkheid. Zonder eigen erfgenamen en met een diep gevoel voor het algemeen welzijn, legde Émile Bernheim de laatste hand aan de belangrijkste ideeën van zijn Fondation d'Utilité Publique in 1974, toen hij zijn testament en de statuten opstelde. De stichting werd operationeel in 1999 na het overlijden van zijn vrouw.
Emile Bernheim werd geboren in 1886 en kreeg in het begin van de jaren 1920 de leiding over "l'Innovation", een van de eerste Belgische grootwarenhuizen, dat zijn familie had opgericht in 1897. Als jonge ondernemer bestudeert hij in het buitenland de nieuwste ontwikkelingen in de kleinhandel en maakt van "l'Innovation" een van de meest florerende bedrijven van de Belgische economie.
Emile Bernheim wil innovatie aanmoedigen, in het bijzonder op het vlak van het onderwijs in bedrijfsbeheer en richt in de jaren 1950 het Centrum Emile Bernheim voor de studie van het bedrijfsleven op, dat verbonden is aan de ULB. Hij onderscheidt zich al snel door zijn sociale visie op ondernemen, die hij in de praktijk brengt bij "l'Innovation".
Emile Bernheim stelt zich niet tevreden met zijn zakelijke successen. Als voorvechter van de vrede en vurig verdediger van de Europese constructie roept hij de Prijs Emile Bernheim in het leven, die tot doel heeft origineel studiewerk over dit thema te belonen en neemt hij actief deel aan de eerste Europese Dagen voor de Vrede.
Bekommerd om de gevaren van een gefragmenteerde technologische maatschappij, heeft Emile Bernheim onvermoeibaar geijverd voor kunst, cultuur en interdisciplinariteit, vooral bij de jeugd. In 1963 richtte hij de Fondation belge de la Vocation op, naar het Franse voorbeeld van Marcel Bleustein-Blanchet. Hij publiceert artikelen, treedt op als beschermheer van werken en stichtingen en neemt actief deel aan de organisatie van een literaire prijs die zijn naam draagt.
Bij zijn overlijden in 1985 zijn er geen directe nakomelingen en belast hij in zijn testament de Bernheim Stichting met de opdracht om zijn mecenaat voort te zetten:
"De goederen die men verwerft vormen in mijn ogen veeleer een lening van de samenleving aan het individu, dan een eigendom dat hem definitief en onaantastbaar toekomt. Daarom hoort bij iemands overlijden het geheel of een gedeelte van zijn goederen terug te keren naar de gemeenschap, of haar ten dienste te worden gesteld."
Emile Bernheim